Rechtplegensvergoeding

De rechtsplegingsvergoeding: de tegenpartij betaalt mijn advocaat?

Sinds 1 januari 2008 is er een nieuwe wet die zegt dat de winnende partij een bedrag kan krijgen van de verliezende partij om de kosten van de advocaat te krijgen. Het gaat hier om de erelonen en onkosten van de advocaat en níet de gerechtskosten. Deze wet wordt de wet op "de verhaalbaarheid van de erelonen van advocaten" genoemd. De rechter kan beslissen wie de gerechtskosten betaalt.

Men spreekt in dit geval van een 'rechtsplegingsvergoeding' die de verliezer moet betalen aan de winnaar. Het bedrag hangt af van de grootte van de vordering. Bij voorbeeld: partij A eist 10000€ van partij B. Partij A wint en kan tot 2500 € rechtsplegingsvergoeding krijgen.

Dit zijn de bedragen voor 2008: indexeerbaar volgens de consumptie-index.
De rechter kan, afhankelijk van de zaak afwijken van het basisbedrag binnen de grenzen van het minimum en het maximum.

Deze bedragen gelden voor alle zaken die in geld uitgedrukt kunnen worden. Voor zaken die niet in geld kunnen uitgedrukt worden zoals een echtscheiding, gelden volgende cijfers:

• basisbedrag 1200 €
• minimum: 75 €
• maximum 10000 €

In hoger beroep gelden dezelfde bedragen.

• Voor de arbeidsrechtbank gelden andere (lagere) tarieven.
• Wie zichzelf verdedigt heeft geen recht op een rechtsplegingsvergoeding.
• Wanneer de tegenpartij gebruik maakt van een pro-deo advocaat, dan wordt automatisch het minimum gebruikt

Lees het Koninklijk Besluit van 9/11/2007