Heb je een advocaat nodig? 

Wij helpen jou graag verder. 

  • Gratis intake gesprek
  • Analyse van jouw situatie
  • Vaste en gunstige tarieven
  • Platform van 70 gespecialiseerde advocaten
Meer info over online juridisch advies

Met welk huwelijksvermogensstelsel trouwen we het best?

Het is belangrijk om weten dat het wettelijk huwelijk altijd – zelfs wanneer de echtgenoten geen huwelijkscontract onderschrijven – gevolgen heeft op het vermogen (de goederen en financiële middelen) van de gehuwden.

Het huwelijksvermogensstelsel bepaalt of de eigendommen en inkomsten van de echtgenoten al dan niet gemeenschappelijk bezit worden. 

Dit zijn de drie meest voorkomende huwelijksvermogensstelsels:

  1. Het stelsel van scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten (ook ‘wettelijk stelsel’ genoemd) 
  2. Het stelsel van scheiding van goederen
  3. Het stelsel van de algehele gemeenschap van goederen 

De bovenstaande drie zijn echter niet de enige mogelijkheden. Het is integendeel zo dat de partners vrij zijn om over alle inkomsten en eigendommen specifieke afspraken te maken.

1. Het stelsel van scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten (of ‘wettelijk stelsel’)

Bij dit stelsel worden de middelen van de echtgenoten verdeeld in drie delen:

  1. Het eigen vermogen van de eerste echtgenoot
  2. Het eigen vermogen van de tweede echtgenoot
  3. Het gemeenschappelijk vermogen

De echtgenoten beheren dus elk hun eigen vermogen apart, terwijl ze samen het gemeenschappelijk vermogen beheren. 

Voorbeelden van het eigen vermogen van de echtgenoten 

Gelden op spaarrekeningen die op naam staan van één van de partners, rekent de wet tot het eigen vermogen van deze partner. Let wel: als de gelden op een zichtrekening staan op naam van één van de echtgenoten, behoren deze gelden wel tot het gemeenschappelijk vermogen van de echtgenoten. Het onderscheid tussen een zichtrekening en een spaarrekening is hier dus cruciaal.

Ook goederen die één van de partners al in zijn/haar bezit heeft van voor het huwelijk (bijvoorbeeld een auto, bouwgrond of een woning), behoren tot het eigen vermogen van de partner. Datzelfde geldt voor een zaak die één van de partners al uitbaat van voor het huwelijk of voor gelden en bezittingen die een partner verworven heeft voor het huwelijk, via een nalatenschap of een schenking. Anderzijds kan het ook gaan om schulden. Zo blijven de schulden die een partner al had voor het huwelijk ten laste van die partner.

Voorbeelden van het gemeenschappelijk vermogen

Gelden die tijdens het huwelijk worden verkregen door beroepsinkomsten (lonen en wedden maar ook werkloosheidsuitkeringen en dergelijke) worden toegevoegd aan het gemeenschappelijk vermogen. Datzelfde geldt voor inkomsten uit obligaties (zelfs als de obligaties al van voor het huwelijk in bezit waren van één van de partners!). Daarnaast worden alle goederen waarvan niet kan worden bewezen dat ze de eigendom zijn van één van de echtgenoten eveneens als gemeenschappelijk vermogen beschouwd. 

En wat bij een echtscheiding?

Bij een echtscheiding behoudt elke echtgenoot zijn eigen vermogen en zal enkel het gemeenschappelijk vermogen moeten verdeeld worden. Je leest hier meer over hoe je vermijdt dat jouw ex erft tijdens de echtscheidingsprocedure.

2. Het stelsel van scheiding van goederen

Dit stelsel verdeelt de middelen van de echtgenoten in twee delen:

  1. Het eigen vermogen van de eerste echtgenoot
  2. Het eigen vermogen van de tweede echtgenoot

Er is hier dus geen sprake van een gemeenschappelijk vermogen, al wil dat niet zeggen dat de echtgenoten samen geen goederen zouden kunnen aankopen. Als ze dat doen, dan worden deze bezittingen door de wet als ‘onverdeeld’ beschouwd. Dat wil concreet zeggen dat de wet ervan uitgaat dat deze goederen voor de helft toebehoren aan elk van beide echtgenoten. 

Het stelsel van scheiding van goederen zorgt ervoor dat de echtgenoten financieel zoveel mogelijk onafhankelijk blijven van elkaar. Romantici kunnen aanvoeren dat dit stelsel van weinig geloof in het huwelijk getuigt, maar dat is eigenlijk weinig relevant. Feit is dat het stelsel van scheiding van goederen in veel gevallen de meest verstandige optie is, bijvoorbeeld als één van de echtgenoten zelfstandig is.

Voorbeelden van het eigen vermogen van de echtgenoten 

Het geld op de bankrekeningen van een echtgenoot blijft het persoonlijke bezit van deze echtgenoot. Het is hierbij van geen belang of dat geld op een spaar- of een zichtrekening staat. Dit in tegenstelling tot de situatie bij het stelsel van scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten (of ‘wettelijk stelsel’). Alle goederen die worden aangekocht tijdens het huwelijk worden automatisch de eigendom van de echtgenoot die de goederen betaalt.

Onverdeeld vermogen

Goederen waarvan de echtgenoten niet kunnen bewijzen dat deze hun persoonlijke eigendom zijn (door middel van aankoopfacturen, bijvoorbeeld), beschouwt de wet als ‘onverdeeld’ vermogen. Deze goederen worden verondersteld om voor de helft toe te behoren aan beide echtgenoten.

En wat bij echtscheiding?

Net zoals bij het stelsel van scheiding van goederen met gemeenschap van aanwinsten (of ‘wettelijk stelsel’) behoudt elke echtgenoot bij een scheiding zijn eigen vermogen. Het ‘onverdeeld’ vermogen zal 50/50 verdeeld worden tussen de twee echtgenoten. 

3. Het stelsel van de algehele gemeenschap van goederen 

Bij het stelsel van de algehele gemeenschap van goederen worden alle eigendommen gemeenschappelijk en behoren ze bijgevolg evenredig toe aan de beide partners. De manier waarop de bezittingen verworven werden en de periode waarin dat gebeurd is – voor het of tijdens het huwelijk – maakt daarbij geen enkel verschil. 

In het geval van een echtscheiding zullen alle bezittingen moeten verdeeld worden tussen de echtgenoten.